Climate control bedienen
Overzicht Climate control
De bedieningselementen van de climate control worden weergegeven onderin het touchscreen. Standaard staat climate control altijd op Auto; dat zorgt voor een optimaal comfort onder alle normale omstandigheden. Als u de temperatuur in het interieur in de instelling Auto aanpast, past het systeem automatisch de verwarming, de airconditioning, de luchtverdeling en de aanjagersnelheid aan om de door u gekozen temperatuur in het interieur te handhaven.
Tik op de weergegeven temperatuur onder in het touchscreen om toegang te krijgen tot het hoofdscherm van de climate control, waarin u uw voorkeuren voor de climate control kunt wijzigen. U kunt op ieder moment terugkeren naar Auto door op Auto te tikken. Tik op de aan/uit-knop op het hoofdscherm van de climate control om deze functie in of uit te schakelen. Voor snelle toegang tot veel gebruikte bedieningselementen, tikt u op < of > om het pop-upvenster voor climate control weer te geven.
Het ventilatortoerental kan afnemen wanneer het interieur wordt verwarmd of gekoeld. Op het touchscreen wordt Verwarming of Koeling weergegeven wanneer de climate control het interieur verwarmt of koelt tot de gewenste temperatuur.
De climate control-instellingen aanpassen
- Tik hierop om de climate control in of uit te schakelen.
- Tik hierop om de climate control in het interieur voorin in te stellen.
- Regel de luchtstroom in het interieur voorin (voorruit, ventilatieroosters in het dashboard, ventilatieroosters in de voetenruimte). U kunt voor één of meerdere ventilatieroosters kiezen.
- Tik hierop om de climate control in het interieur achterin in te stellen. Als Auto is ingeschakeld en een passagier is gedetecteerd, worden de ingestelde temperatuur gehandhaafd voor achter in het interieur (zie De ventilatieroosters voor en achter aanpassen). OpmerkingSchakel Synch in om dezelfde temperatuur in te stellen voor en achter in het interieur.
- Tik op het pictogram van de bestuurdersstoel om de stoelverwarming voor de bestuurder aan te passen. De stoel werkt op drie niveaus, van 3 (hoogste) tot 1 (laagste). Het stoelpictogram toont draaiende lijnen die rood (verwarming) of blauw (koeling) worden om het ingestelde niveau aan te geven. Auto, dat weergeeft wanneer de climate control is ingesteld op Auto, verwarmt of koelt de voorstoelen gebaseerd op de temperatuur in het interieur. Om met één tik toegang te krijgen tot stoelverwarming, kunt u deze bedieningselementen toevoegen aan de onderste balk op het touchscreen (zie Mijn apps aanpassen).
- Tik hierop om het verwarmbare Yoke-stuur (of stuurwiel) te bedienen. De rode golflijnen van het pictogram geven het instelde niveau aan. Als Auto is gekozen, wordt het stuurwiel verwarmd wanneer dat nodig is op basis van de temperatuur in het interieur, wanneer de climate control is ingesteld op Auto. Om met één tik toegang te krijgen, kunt u dit bedieningselement toevoegen aan de onderste balk op het touchscreen (zie Mijn apps aanpassen).
- Tik hierop om de ruitenwisserontdooiers in te schakelen. De ruitenwissers ontdooien gedurende 15 minuten en schakelen vervolgens automatisch uit.
- Tik op het pictogram van de passagiersstoel om de stoelverwarming voor de voorpassagier aan te passen. De stoel werkt op drie niveaus, van 3 (hoogste) tot 1 (laagste). Het stoelpictogram toont draaiende lijnen die rood (verwarming) of blauw (koeling) worden om het ingestelde niveau aan te geven. Auto, dat weergeeft wanneer de climate control is ingesteld op Auto, verwarmt of koelt de voorstoelen gebaseerd op de temperatuur in het interieur. Om met één tik toegang te krijgen tot stoelverwarming, kunt u deze bedieningselementen toevoegen aan de onderste balk op het touchscreen (zie Mijn apps aanpassen).
- In de stand P (Park) worden deze instellingen weergegeven zodat u de climate control ingeschakeld kunt laten zelfs wanneer u de Model S verlaat (zie Climate control aanhouden, Dog en Kamperen).
- Tik hierop om de luchtstroom uit de ventilatieopeningen voorin te regelen. Zie De ventilatieroosters voor en achter aanpassen.
- Tik met de Model S in de stand P op Plannen om een dagelijkse herhaaltijd in te stellen wanneer de Model S klaar moet zijn om weg te rijden door op te laden en de batterij en het interieur voor te bereiden tijdens daluren (zie Gepland voorverwarmen en opladen).
- Als uw Model S is voorzien van een HEPA-filter (High Efficiency Particulate Air), zorgt dit filter voor de beste luchtkwaliteit in het interieur wanneer de climate control is ingeschakeld en buitenlucht het interieur binnenkomt (recirculeren uit). Het HEPA-filter verwijdert op een uiterst efficiënte manier deeltjes zoals verontreiniging, allergenen, bacteriën, pollen, schimmels en virussen. Zowel het HEPA-filter als het secundaire filtersysteem bevatten tevens actieve koolstof om allerlei geuren en gassen te verwijderen. Als u Bioweapon Defense Mode inschakelt, zorgt de overdruk in het interieur ervoor dat zo min mogelijk buitenlucht in de auto kan komen.OpmerkingSommige gassen, zoals koolmonoxide, worden niet voldoende verwijderd door actieve koolstof.
- Tik hierop om de luchtstroom in het interieur te regelen. Er kan verse buitenlucht in de Model S worden gezogen of de lucht kan in het interieur worden gerecirculeerd.
- Gebruik de schuifregelaar om de aanjagersnelheid aan te passen. In de stand Auto verandert de aanjagersnelheid in Laag/ Normaal/ Hoog.OpmerkingAls de aanjagersnelheid wordt gewijzigd, kan de instelling van de manier waarop lucht wordt aangezogen in de Model S veranderen om de luchtstroom te verhogen of te verlagen.
- Tik hier om de airconditioning in of uit te schakelen. Als u de airconditioning uitschakelt, neemt het koelen af, maar bespaart u energie.OpmerkingOmdat de Model S veel stiller is dan een auto met een gewone verbrandingsmotor, kan het zijn dat u de aircocompressor hoort werken. Verlaag de aanjagersnelheid om het geluid te beperken.
- Tik hier om de achterruitverwarming in te schakelen. Na 15 minuten wordt de achterruitverwarming automatisch uitgeschakeld. Wanneer de achterruitverwarming is ingeschakeld, worden ook de buitenspiegels en laadcontacten verwarmd. Zie 'Best practices' bij koude weersomstandigheden voor meer informatie over het voorbereiden op lage temperaturen.
- De voorruitverwarming leidt een luchtstroom naar de voorruit. Tik één keer om de voorruit te verwarmen (de kleur van het pictogram verandert in oranje). Tik een tweede keer om de voorruit te ontdooien. Tik een derde keer om uit te schakelen en de luchtverdeling, verwarming en aanjager terug te zetten op de vorige instellingen.
- Tik op Auto om de instelling Auto in of uit te schakelen.OpmerkingIn de stand Auto kan het ventilatortoerental automatisch afnemen om het omgevingsgeluid tijdens een telefoongesprek te verlagen. Zie Telefoon, agenda en webconferencing voor meer informatie.
Pop-upvenster climate control
Tik op de temperatuurpijlen onder in het touchscreen om een pop-upvenster te openen dat eenvoudig toegang geeft tot de meestgebruikte bedieningselementen voor climate control:
- Tik hierop om het hoofscherm voor climate control te openen.
- Stoelverwarming of -koeling in- of uitschakelen.
- Voor- of achterruitverwarming in- of uitschakelen.
- De interieurtemperatuur regelen met de schuifregelaar. U kunt ook temperatuurverdeling inschakelen, zodat de bestuurder en voorpassagier hun eigen voorkeuren voor de climate control kunnen instellen. De voorpassagier kan op het temperatuurpictogram onder in het touchscreen tikken of het hoofscherm van de climate control gebruiken om de instellingen te regelen. Tik nogmaals op Splitsen om de verdeling van de climate control uit te schakelen.
Climate control aanhouden, Dog en Kamperen
Met de instellingen Climate control aan houden, Dog en Kamperen kunt u de climate control ingeschakeld houden wanneer de auto is geparkeerd, zelfs als u de Model S verlaat of als u er voor kiest in de auto te blijven. Deze instellingen zijn handig wanneer het belangrijk is de temperatuur in het interieur te handhaven bij hete of koude weersomstandigheden. Als u bijvoorbeeld boodschappen achterlaat in de Model S op een warme dag, kunt u Keep Climate On gebruiken om te voorkomen dat ze bederven.
Live camerabeeld is nu beschikbaar als Bewakingsmodus of Dog-modus of beid zijn ingeschakeld. Als Bewakingsmodus is ingeschakeld, geven de camera's een live-beeld weer van de omgeving van de auto. Wanneer Dog-modus is ingeschakeld, laat de interieurcamera een beeld van het interieur van de auto zien zodat u op elk moment zicht hebt op uw huisdier. Als beide modi zijn ingeschakeld, kunt u tussen de camerabeelden schakelen door op de grijze cirkels of het interieurpictogram voor de verschillende camera's in de mobiele app te tikken. Zie Bewakingsmodus voor meer informatie.
Met Kamperen kunt u uw elektronische apparatuur voeden via de USB-poorten en de laagspanning-aansluiting, naast het handhaven van de temperatuur in het interieur. Het touchscreen blijft ingeschakeld. U kunt dus uw muziek afspelen, op internet browsen, spellen spelen in de arcade, of shows in Tesla Theater bekijken. U kunt ook media en instellingen van de climate controle bedienen vanaf een gekoppelde telefoon. Kamperen is ideaal wanneer u in de auto blijft, zoals kamperen of bij een kind blijven. Als deze modus actief is, zijn Bewakingsmodus en het alarmsysteem van de auto uitgeschakeld. Portiervergrendeling bij weglopen is niet actief.
Climate control, Dog of Kamperen gebruiken:
- Zorg ervoor dat het batterijniveau ten minste 20% is.
- Zet de auto in de stand P (Parkeren). De instellingen Climate control aan houden, Dog en Kamperen zijn alleen beschikbaar wanneer de Model S in de stand P (Parkeren) staat.
- Stel de climate controle in, indien nodig.
- Tik op het climate control-scherm op Climate control aan houden, Dog of Kamperen.OpmerkingU kunt Dog en Kamperen ook vanuit de mobiele app bedienen, door vanaf de grijze balk op het scherm voor climate control omhoog te vegen.
Het climate control-systeem probeert uw climate-instellingen te handhaven totdat u naar een andere stand dan P (Parkeren) schakelt of deze handmatig uitschakelt. Voorkom het gebruik van Climate control aan houden, Dog of Kamperen wanneer het batterijniveau laag is.
Dog kan niet worden ingeschakeld als de temperatuur in het interieur te hoog is of als de auto een probleem met de klimaatregeling detecteert. Zorg ervoor dat de interieurtemperatuur op een veilig en comfortabel niveau is voordat u Dog inschakelt.
- Het laadniveau van de batterij daalt tot onder 20%.
- De auto een probleem met de klimaatregeling detecteert.
- De temperatuur in het interieur aanzienlijk afwijkt van het niveau dat aanvankelijk is ingesteld voor Dog.
Cabin Overheat Protection
Cabin Overheat Protection voorkomt dat het interieur te warm wordt onder hete omstandigheden. Hoewel u het systeem niet altijd hoeft in te schakelen wanneer u de Model S verlaat, kan de climate control de temperatuur van het interieur van uw auto handhaven. Op deze manier kan worden voorkomen dat het interieur te heet wordt wanneer de auto in de zon geparkeerd staat, zodat de temperatuur aangenamer is bij terugkomst. Het kan 15 minuten duren voordat Cabin Overheat Protection wordt ingeschakeld nadat u bent uitgestapt. Deze functie is bedoeld voor het comfort van inzittenden en heeft geen invloed op de betrouwbaarheid van de componenten van uw auto.
Om het systeem in te schakelen, tikt u op
en kiest u:- Aan: De airconditioning is in werking wanneer de interieurtemperatuur hoger is dan 40 °C of de geselecteerde temperatuur indien beschikbaar, op het touchscreen of in de mobiele app. Om temperaturen aan te kunnen passen is mogelijk de meest recente versie van de mobiele app nodig.
- Uit: Cabin Overheat Protection uitschakelen.
U kunt Cabin Overheat Protection ook op afstand inschakelen via de mobiele app, door te tikken op Climate control. Veeg omhoog op het onderste menu en selecteer een instelling onder Cabin Overheat Protection (zie Mobiele app).
Cabin Overheat Protection werkt tot 12 uur nadat u de Model S hebt verlaten, of totdat het batterijniveau is afgenomen tot onder 20%, afhankelijk van wat het eerst wordt bereikt. Het gebruik van Cabin Overheat Protection vereist energie uit de batterij, waardoor het bereik kan afnemen.
Tips voor bediening van de climate control
- Als u de climate control met de mobiele app inschakelt, wordt deze automatisch uitgeschakeld wanneer het batterijniveau is afgenomen tot 20% of nadat twee uren zijn verstreken. Om het interieur langer te koelen of te verwarmen, moet u de auto opladen en de climate control vervolgens opnieuw inschakelen via de mobiele app.
- U kunt de efficiëntie van de interieurverwarming verbeteren door een lagere acceleratiemodus te selecteren (zie Acceleratiemodi). Het warmtepompsysteem kan dan meer warmte aan de batterij onttrekken om efficiënt het interieur te verwarmen, in plaats van ervoor te zorgen dat de batterij de hoogste acceleratie kan blijven leveren. Dit draagt bij aan maximale efficiëntie bij het rijden bij lage temperaturen. Als u vervolgens een hogere acceleratiemodus selecteert, heeft de batterij tijd nodig om warm te worden voordat de hogere acceleratie beschikbaar is.
- Verlaag de aanjagersnelheid handmatig als de climate control meer lawaai maakt dan u lief is.
- De aircocompressor koelt niet alleen het interieur, maar ook de batterij. Daardoor kan het gebeuren dat de aircocompressor bij warm weer vanzelf inschakelt, zelfs wanneer u deze hebt uitgeschakeld. Dit is normaal omdat het koelen van de batterij de grootste prioriteit heeft. Door de batterij op de juiste temperatuur te houden, bent u zeker van optimale prestaties en een lange levensduur.
- Zelfs als de Model S niet in gebruik is, hoort u mogelijk een gierend geluid of het geluid van stromend water. Deze geluiden zijn normaal en zijn hoorbaar wanneer de interne koelsystemen worden ingeschakeld om verschillende voertuigfuncties te ondersteunen, bijvoorbeeld het onderhouden van de laagspanning-batterij of het balanceren van de temperatuur van de hoogspanningsbatterij.
- Het climate control-systeem werkt het beste als u de ruiten dichthoudt en ervoor zorgt dat het rooster onder de voorruit vrij is van bladeren, sneeuw e.d.
- In een vochtige omgeving kan de voorruit bij het inschakelen van de airconditioning een beetje beslaan, dat is een normaal verschijnsel.
- Als u de Model S parkeert, kan zich een klein plasje water onder de auto vormen. Dit is een normaal verschijnsel. Overtollig water afkomstig van het ontvochtigingsproces wordt aan de onderkant afgevoerd.
- Om de temperatuur in het interieur te verlagen bij warme weersomstandigheden kan het zijn dat de aanjager blijft draaien om het interieur te ventileren wanneer de auto is geparkeerd. Dit gebeurt alleen wanneer het batterijniveau hoger is dan 20%.