Instrumentenpaneel
Instrumentenpaneel
Het instrumentenpaneel verandert afhankelijk van de status van de Model S:
- Uit of Geparkeerd (zie hieronder).
- Rijden (zie Instrumentenpaneel - Rijden).
- Wordt opgeladen (zie Instructies voor het laden).
Wanneer de Model S uit staat of geparkeerd is, geeft het instrumentenpaneel het geschatte resterende bereik, de voertuigstatus en de buitentemperatuur weer.
- Wanneer de auto is uitgeschakeld en u voor het eerst op de rem drukt, knipperen de controlelampjes kort bovenin het instrumentenpaneel. De lampjes moeten uitgaan tenzij ze branden vanwege een actuele situatie. Zie Controlelampjes als een controlelampje niet brandt of niet uitgaat.
- Een afbeelding van uw auto en de bijbehorende status (zoals lichten aan, portier open, enz.).
- Beschikbare, geschatte actieradius (of energie). In plaats van de rijafstand kan hier ook de resterende hoeveelheid energie van de batterij worden weergegeven. Dit doet u door te tikken op OpmerkingGebruik de geschatte waarden alleen als een algemene richtlijn om uit te vinden wanneer u moet opladen.
.
- Geschatte buitentemperatuur.
- Let op belangrijke instructies of berichten die hier worden weergegeven. Als er waarschuwingen zijn, kunt u informatie hierover bekijken door op Bediening en vervolgens op het belpictogram boven in het scherm te tikken.
- Momenteel geselecteerde rijmodus: Park, Reverse, Neutral of Drive. Als Autom. schak. vanuit stand P is ingeschakeld, wordt automatisch een vooruit- of achteruitversnelling geselecteerd (gebaseerd op invoer van de sensor) en op het instrumentenpaneel weergegeven wanneer het bestuurdersportier gesloten en de veiligheidsgordel vastgemaakt is (zie Veiligheidsgordels).
- Huidige tijd van de dag.
Zie Pop-upberichten en voertuigwaarschuwingen voor meer informatie over pop-upwaarschuwingen op het touchscreen van uw auto.
Instrumentenpaneel - Rijden
Wanneer Model S rijdt (of klaar is om weg te rijden), geeft het instrumentenpaneel uw huidige rijstatus weer, samen met een realtime visualisatie van de weg zoals gedetecteerd door de Autopilot-componenten. De visualisatie zoomt automatisch in en uit op basis van het gedetecteerde wegtype.
- De linkerzijde van het instrumentenpaneel toont uw locatie op een kaart, een menu voor de verlichting, instructies voor Slim schakelen, enz. Wanneer een navigatieroute actief is, wordt het naderende deel van de route weergegeven.
- De maximumsnelheid (indien beschikbaar) die momenteel wordt gedetecteerd door Speed Assist (zie GUID-5D3D4014-4E98-45D7-8BBC-F76BCA9CEC05.html). OpmerkingHet pictogram van de gedetecteerde snelheidslimiet heeft de stijl van de snelheidslimietborden in uw regio.OpmerkingMogelijk wordt om het snelheidslimietpictogram een blauwe omtreklijn weergegeven om aan te geven dat u de snelheidslimiet overschrijdt.OpmerkingOp wegen waar de kaartinformatie aangeeft dat een voorwaardelijke snelheidslimiet van toepassing is (bijvoorbeeld een snelheidslimiet vanwege tijdstip of weersomstandigheden), verschijnt een tweede snelheidslimiet. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om te bepalen of de voorwaardelijke snelheidslimiet van toepassing is en de rijsnelheid aan te passen.
- Huidige rijsnelheid.
- De ingestelde cruisesnelheid. Wanneer Traffic-aware cruise control beschikbaar is, maar u geen cruisesnelheid hebt ingesteld door Traffic-aware cruise control of Automatisch sturen in te schakelen, is het pictogram grijs (zie Autopilot-functies).
- Automatisch sturen stuurt de Model S actief. Wanneer Automatisch sturen beschikbaar maar niet geactiveerd is, wordt het pictogram grijs weergegeven (zie Automatisch sturen).
- Tijdens het navigeren verschijnen hier instructies voor het naderende deel van de navigatieroute.
- Beschikbare, geschatte actieradius (of energie). In plaats van de rijafstand kan hier ook de resterende hoeveelheid energie van de batterij worden weergegeven (tik op OpmerkingGebruik de geschatte waarden alleen als een algemene richtlijn om uit te vinden wanneer u moet opladen.
).
- Weggebruikers in de buurt worden getoond op hun bijbehorende locaties.AttentieHoewel het instrumentenpaneel het omringende verkeer toont, worden sommige voertuigen mogelijk niet weergegeven. Vertrouw nooit op het instrumentenpaneel om te bepalen of een voertuig aanwezig is (bijvoorbeeld in uw dode hoek). Gebruik altijd uw spiegels en kijk over uw schouder in de dode hoek.
- Uw Model S.
- De energiemeter geeft in real-time het energieverbruik weer. Tijdens accelereren, wordt de balk naar rechts gevuld om het energieverbruik weer te geven. Tijdens afremmen (wanneer de Model S rijdt en u uw voet van het gaspedaal neemt) wordt de balk aan de linkerkant gevuld met een groene kleur om de hoeveelheid energie weer te geven die wordt teruggeleverd aan de batterij door regeneratief remmen (zie Regeneratief remmen).
- Wanneer Automatisch sturen actief is en de rijstrook detecteert, wordt de rijstrook blauw gemarkeerd (zie Autopilot-functies). Afhankelijk van het huidige rijscenario kunt u naastgelegen rijstroken zien.OpmerkingIn situaties waarin Automatisch sturen geen wegmarkeringen kan detecteren, wordt de rijstrook bepaald op basis van uw voorligger.OpmerkingAls Navigeren met Autopilot actief is, wordt de rijbaan weergegeven als een enkele blauwe lijn vóór de Model S (zie Navigeren met Autopilot).
Controlelampjes
Bovenaan op het instrumentenpaneel worden controlelampjes weergegeven die de status aangeven en u waarschuwen voor specifieke voertuigomstandigheden.
Controlelampje | Omschrijving |
---|---|
Er is een defect aan het remsysteem vastgesteld of het remvloeistofniveau is te laag. Zie Remmen en stoppen. Neem onmiddellijk contact op met Tesla. | |
Er is storing van de rembekrachtiging gedetecteerd. Zie Remmen en stoppen. | |
Er is storing van het ABS-systeem gedetecteerd. Zie Remmen en stoppen. Neem onmiddellijk contact op met Tesla. | |
Er is storing van de parkeerrem gedetecteerd. Neem contact op met Tesla. Zie Parkeerrem. | |
De parkeerrem is handmatig aangetrokken. Zie Parkeerrem. | |
Bandenspanningswaarschuwing . De bandenspanning van een van de banden is te hoog of te laag. Het lampje knippert als er een defect aan het bandenspanningscontrolesysteem (TPMS) is vastgesteld. Neem bij een defect aan het TPMS contact op met Tesla. Zie Onderhoud banden. | |
Een van de passagiers heeft zijn gordel niet om. Zie Veiligheidsgordels. | |
Airbagveiligheid. Neem direct contact op met Tesla als dit rode lampje bij het starten van de Model S niet kort knippert of als het blijft branden. Zie Airbags. | |
Mistlampen vóór zijn aan, indien aanwezig. Zie Verlichting. | |
Mistlampen achter, indien aanwezig. Zie Verlichting. | |
Parkeerlichten (contourverlichting, achterlichten en kentekenplaatverlichting) zijn ingeschakeld. Zie Verlichting. | |
Dimlicht is ingeschakeld . | |
Grootlicht is ingeschakeld . Gaat branden wanneer het grootlicht is ingeschakeld maar Automatisch grootlicht (indien aanwezig) is uitgeschakeld of Automatisch grootlicht is ingeschakeld maar tijdelijk niet beschikbaar. Zie Verlichting. | |
Het grootlicht is op dit moment ingeschakeld, en Automatisch grootlicht (indien aanwezig) is actief om grootlicht uit te schakelen als er licht vóór de Model S wordt gedetecteerd. Zie Verlichting. | |
Het grootlicht is tijdelijk uitgeschakeld omdat Automatisch grootlicht (indien aanwezig) actief is en licht vóór de Model S heeft gedetecteerd. Wanneer er geen licht meer wordt gedetecteerd, wordt het grootlicht automatisch weer ingeschakeld. Zie Verlichting. | |
Het controlelampje knippert oranje wanneer de elektronische stabiliteitsregelsystemen actief de remdruk en het motorvermogen regelen om doorslippen te minimaliseren. Zie Tractie Controle. Als dit controlelampje blijft branden, is een storing gedetecteerd en dient u onmiddellijk contact op te nemen met Tesla. | |
Bij een storing in het systeem die de werking van het luchtveringssysteem vermindert, wordt dit oranje controlelampje weergegeven (zie Luchtvering). Neem contact op met Tesla als de storing blijft bestaan. | |
Bij een storing in het systeem die de werking van het luchtveringssysteem vermindert, wordt dit rode controlelampje weergegeven (zie Luchtvering). Neem contact op met Tesla. | |
Vehicle Hold is actief aan het remmen. Zie Vehicle Hold. | |
De airbag van de voorpassagier is uitgeschakeld. Zie Airbags. | |
Elektronische stabiliteitsregelsystemen minimaliseren niet langer het doorslippen. Zie Tractie Controle. | |
Model S is in de Transportmodus en kan vrij rollen. De auto wordt niet automatisch in stand P (Parkeren) gezet als u de auto verlaat. Zie Transportmodus activeren. | |
Een blauwe sneeuwvlok wordt weergegeven als een deel van de opgeslagen energie in de batterij mogelijk niet beschikbaar is door koude weersomstandigheden. Tijdens deze koude weersomstandigheden kunnen ook de oplaadsnelheden beperkt zijn. Als de Model S is aangesloten, kunt u uw batterij opwarmen door de climate control in te schakelen met de mobiele app. De sneeuwvlok verdwijnt wanneer de batterij voldoende warm is. | |
Er wordt een groen pictogram weergegeven wanneer regeneratief remmen wordt beperkt. Zie Regeneratief remmen voor meer informatie. | |
De voeding naar het voertuig is momenteel beperkt omdat de energie in de batterij laag is of de voertuigsystemen worden verwarmd of gekoeld, of een fout is gedetecteerd door de rij-inverter. | |
Auto Lane Change naar links is beschikbaar. Wordt alleen weergegeven wanneer Automatisch sturen actief is. Zie Auto Lane Change. | |
Auto Lane Change naar rechts is beschikbaar. Wordt alleen weergegeven wanneer Automatisch sturen actief is. Zie Auto Lane Change. | |
Auto Lane Change in beide richtingen is beschikbaar. Wordt alleen weergegeven wanneer Automatisch sturen actief is. Zie Auto Lane Change. | |
Auto Lane Change is niet beschikbaar. Wordt alleen weergegeven wanneer Automatisch sturen actief is. Zie Auto Lane Change. |