Verstel de buitenspiegels door te tikken op Bediening > Spiegels. Druk op de linker scrolltoets op de stuurwiel om de spiegel Links of Rechts te verstellen. Gebruik vervolgens als volgt de linker scrolltoets om de geselecteerde spiegel in de gewenste stand te zetten:

• Draai de linker scrolltoets omhoog of omlaag om de spiegel hoger of lager te zetten.
• Druk de linker scrolltoets naar links of naar rechts om de spiegel naar binnen of naar buiten te bewegen.

Beide buitenspiegels kunnen omlaag worden gekanteld als de auto in Achteruit is geschakeld. Tik op Bediening > Spiegels > Spiegels automatisch kantelen om deze functie in of uit te schakelen. Om de positie voor automatisch kantelen in te stellen, tikt u op Kantelpositie instellen en kiest u de gewenste spiegelinstellingen. Nadat u de kantelpositie hebt ingesteld en op Opslaan hebt getikt, worden de spiegels automatisch gekanteld naar de geconfigureerde positie wanneer u naar achteruit schakelt. Wanneer u van Achteruit naar een andere versnelling schakelt, zullen beide spiegels in de normale stand terugkeren (omhoog kantelen). Spiegels automatisch kantelen moet ingeschakeld zijn om de kantelpositie in te kunnen stellen.

Om spiegeling bij rijden in het donker te verminderen, worden de binnenspiegel en buitenspiegels automatisch gedimd. Om deze functie in of uit te schakelen, tikt u op Bediening > Spiegels > Spiegels automatisch dimmen.

De beschikbaarheid van Spiegels automatisch dimmen is afhankelijk van de configuratie, marktregio en productiedatum.

Om buitenspiegels handmatig in en uit te klappen (bijvoorbeeld tijdens parkeren in een krappe garage of parkeerplaats), tikt u op Bediening > Spiegels inklappen/uitklappen. U kunt spiegels ook inklappen en uitklappen met behulp van het multifunctionele linker scrollwiel.

Als u de spiegels handmatig inklapt, blijven ze ingeklapt totdat de rijsnelheid 50 km/h bereikt (of totdat u ze handmatig uitklapt door te tikken op Bediening > Spiegels uitklappen).

Om de spiegels automatisch te laten inklappen wanneer u uitstapt en de Model Y vergrendelt, tikt u op Bediening > Spiegels > Spiegels automatisch inklappen. De spiegels worden automatisch uitgeklapt wanneer u de Model Y ontgrendelt.

U kunt de spiegels ook zo instellen, dat ze automatisch worden ingeklapt wanneer u op een specifieke locatie aankomt. Zo hoeft u ze niet telkens handmatig in te klappen wanneer u aankomt op een locatie die u regelmatig bezoekt. Om dit in te stellen, stopt u op de locatie die u wilt opslaan (of rijdt u hier langzamer dan 6 km/h), en klapt u de spiegels in. Tik op Locatie opslaan wanneer dit kort wordt weergegeven op het bedieningselement Spiegels inklappen.

Als u de spiegels niet langer automatisch wilt laten inklappen, tik dan op Bediening > Spiegels uitklappen terwijl ze worden ingeklapt op de opgeslagen locatie en tik vervolgens op Locatie verwijderen.

Als u de opgeslagen locatie verlaat, worden de spiegels uitgeklapt wanneer de rijsnelheid 6 km/h bereikt of wanneer u op Bediening > Spiegels uitklappen tikt.

U kunt automatisch inklapbare spiegels integreren met HomeLink (zie Slimme garage). Om dit in te schakelen, gaat u naar HomeLink > Spiegels automatisch inklappen bij naderen.

De binnenspiegel automatisch versnellen. In de rijversnelling of de neutrale stand wordt de achteruitkijkspiegel automatisch gedimd bij weinig licht, op basis van de tijd van de dag (bijvoorbeeld bij 's nachts rijden).

Om de make-upspiegel zichtbaar te maken en te verlichten, trekt u de zonneklep omlaag en gebruikt u vervolgens de lip om de afdekking van de spiegel omlaag te zetten. Na het sluiten van de afdekking van de spiegel, gaat de verlichting uit.